Luchtoorlog boven het IJsselmeer

    Tijdens de aanleg en ontginning van de polders Oostelijk Flevoland (drooggevallen in 1957) en Zuidelijk Flevoland (drooggevallen in 1968) werden de resten van tientallen vliegtuigen aangetroffen. Vanaf 1960 werd de Bergingsdienst van de Koninklijke Luchtmacht ingeschakeld om de wrakken te bergen en eventuele lichaamsresten zo goed mogelijk te identificeren.

    Gedurende de oorlog zijn honderden vliegtuigen van de geallieerden en Duitsland in het IJsselmeer terechtgekomen. Naar schatting liggen er in het IJsselmeergebeid nog wrakken van circa zestig vliegetuigen.

    Op de kaart van Rijkswaterstaat hieronder staan er velen gemarkeerd. Voor de kaart is gebruik gemaakt van informatie van vissermannen die met hun netten op de wrakdelen stuitten.